Gerianne (13) heeft 4 broers en zussen. Haar oudste broer Gerben (15) heeft een verstandelijke beperking en autisme. In sommige opzichten kan hij veel meer dan anderen, maar op andere gebieden juist weer niet. Gerianne legt uit hoe dit er in het dagelijks leven uitziet.
Dat vroeg iemand mij laatst. Ik vond dat best wel een heftige vraag. Een beetje brutaal eigenlijk. Het voelt nogal privé. Ik ga hem toch ook niet vragen: ‘Heb jij veel of weinig geld op je rekening?’
Ik bedoel sommige dingen vraag je gewoon niet vind ik. Maar oké, hij vroeg het dus wel.
Om mijn broer te verdedigen en hem te beschermen zei ik snel ‘Hij is veel slimmer dan iedereen, maar eigenlijk is dat maar net naar welk stuk van Gerben je kijkt.
Hij kan berekeningen doen, waar ik helemaal niks van snap. Zijn berekeningen hebben vooral te maken met de stand van de zon en de maan en daar weet ik eigenlijk ook helemaal niks vanaf.
Hij kan ook heel erg goed muziek maken. Hij speelt piano en gitaar en hij gebruikt niet eens bladmuziek. Sterker nog, hij kan geen noten lezen.
Hij weet wel alle akkoorden uit zijn hoofd en als hij een liedje hoort, dan weet hij welk akkoord hij hoort. Ik vind dat echt een gave. Wij spelen thuis bijna allemaal piano of een ander instrument, maar akkoorden spelen door er alleen maar naar te luisteren kan niemand van ons behalve Gerben.
Op zijn beurt wachten bijvoorbeeld vindt hij heel moeilijk. Hij praat dwars door je heen als je in gesprek bent en houdt geen rekening met een ander.
Als je tegen hem zegt dat hij even moet wachten omdat je in gesprek bent doet hij dat soms. Maar vaak wordt hij dan gefrustreerd en slaat hij tegen zijn eigen hoofd. Hij slaat zo hard tegen zijn eigen hoofd, dat ik er bijna zelf hoofdpijn van krijg.
Hij heeft ook totaal niet door dat andere mensen zijn verhalen over de ruimte soms helemaal niet interessant vinden en hij blijft dan gewoon doorvertellen, ook als ze weglopen. Om zichzelf rustig te maken zegt hij heel vaak het woord ‘som’ achter elkaar. Hij wiebelt dan ook wat heen en weer.
Ja, en toen vroeg die jongen dus toen hij dat zag: ‘Is je broer nou juist heel slim of heel dom.’ Ik snap ook wel waar hij dan op doelt.
Geloof me, wij wonen met ze samen, wij zien ook echt wel wat zij zien, maar dat hoeven we niet te horen.